-
1 omarmen
2 [figuurlijk] [met graagte accepteren] greet/accept with open arms♦voorbeelden:elkaar omarmen • embrace (one another) -
2 klemmen
♦voorbeelden:zijn vinger(s) tussen de deur klemmen • jam one's finger(s) in the door2 [overtuigen, dwingen] be conclusive/convincing3 [benauwen] oppress -
3 omklemmen
♦voorbeelden: -
4 houden
1 [behouden] keep2 [vast-, tegenhouden] hold3 [niet laten vallen] hold4 [tot zijn gebruik, genoegen in huis hebben; ook met betrekking tot personeel] keep5 [niet opgeven, niet verlaten] hold, keep7 [in een (toe)stand laten blijven] keep11 [+ voor] [achten] take to be ⇒ consider to be/as♦voorbeelden:1 zijn geur/kleur/smaak houden • keep its aroma/colour/tasteje mag het houden • you can keep/have itiets voor zichzelf houden • keep something for oneselfhij was niet te houden • there was no stopping himer was geen houden meer aan • it could no longer be stopped4 kippen/duiven houden • keep hens/pigeonsvreemde ideeën/gewoonten erop na houden • have funny ideas/habitswat voor politieke ideeën houdt hij erop na? • what are his political ideas?rechts houden • keep (to the) rightde blik op iets gericht houden • keep looking at somethinglaten we het gezellig houden • let's keep it/things niceik zal het kort houden • I'll keep it shortde prijzen laag houden • keep prices down/lowlaten we het netjes houden • let's keep it cleaniemand eronder houden • keep someone downhij kan er niets in houden • he can't keep anything downiemand aan het werk/aan de praat houden • keep someone busy/talkingergens een lucifer bij houden • put a match to somethinghij kon er zijn gedachten niet bij houden • he couldn't keep his mind on itiets tegen het licht houden • hold something up to the lightiemand tegen zich aan houden • clasp someone to oneselfiemand van zijn werk houden • keep someone from his/her workhou je commentaar maar vóór je • keep your remarks to yourselftwee mensen/zaken niet uit elkaar kunnen houden • not be able to tell two people/things apartik kon hun namen niet uit elkaar houden • I kept getting their names mixed uporde houden • keep order9 een lezing houden • give/deliver a lectureuitverkoop houden • hold/have a sale10 (een) café/winkel houden • keep/run a café/shopiets voor gezien houden • leave it at that, call it a dayiemand voor zijn broer houden • mistake someone for his brotherwaar hou je me voor? • what do you take me for?ik hou het niet meer • I can't take/stand it any moreik hou(d) het erop dat hij onschuldig is • I consider him (to be) innocenthet bij frisdrank houden • stick to soft drinkshet met iemand houden • 〈 onder één hoedje spelen〉 be in with someone; 〈 met betrekking tot seksuele relatie〉 be carrying on with someonewe houden het op de 15e • let's make it the 15th, thenik hou het op Ajax • I'm backing Ajax1 [+ van] [liefhebben] love4 [het niet begeven] hold♦voorbeelden:veel van iemand houden • love someone a lot/very muchvan iemand gaan houden • fall in love with someone2 niet van dansen/cognac houden • not like dancing/cognachij houdt wel van een grapje • he likes a bit of jokezij houdt niet van dat soort grapjes • she doesn't like those kinds of jokeshij houdt niet zo van feestjes/toespraken • he's not (much of a) one for parties/speechesik hou meer van bier dan van wijn • I prefer beer to winedie knoop houdt niet • that knot won't holdde verf houdt niet • the paint won't stick/is peelingIII 〈wederkerend werkwoord; zich houden〉1 [+ aan] [niet afwijken van] keep to 〈 regels, dieet, verdrag, termijn, programma, afspraak〉; adhere to 〈 overeenkomst, instructies〉; abide by 〈 beslissing, vonnis〉; comply with, observe 〈 regels, voorwaarden, regel van de wet〉2 [blijven] keep3 [schijn aannemen] pretend to be♦voorbeelden:2 zich goed houden • 〈 niet lachen〉 keep a straight face; 〈 zich niet door emoties laten overmannen〉 bear up wellhij kon zich niet goed houden • he couldn't help laughing/cryingik zou me er maar buiten houden • I'd keep out of it (if I were you)hou je erbuiten! • (you) keep out of it!3 zich dom/slapend houden • pretend to be deaf/asleep¶ hij wist niet hoe hij zich moest houden • he didn't know what to do/how to behave -
5 een kind tegen zich aan/in zijn armen klemmen
een kind tegen zich aan/in zijn armen klemmenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een kind tegen zich aan/in zijn armen klemmen
-
6 iemand met zijn armen omklemmen
iemand met zijn armen omklemmenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand met zijn armen omklemmen
См. также в других словарях:
clasp — ► VERB 1) grasp tightly with one s hand. 2) place (one s arms) around something so as to hold it tightly. 3) press (one s hands) together with the fingers interlaced. 4) fasten with a clasp. ► NOUN 1) a device with interlocking parts used for… … English terms dictionary
clasp — verb 1》 grasp tightly with one s hand. ↘place (one s arms) around something so as to hold it tightly. ↘embrace (someone) closely. 2》 fasten with a clasp. noun 1》 a device with interlocking parts, for fastening things together. 2》 an… … English new terms dictionary
clasp — I (New American Roget s College Thesaurus) v. t. hug, embrace, enfold; fasten, hook, buckle; clutch, hold. See coherence, endearment, connection. II (Roget s IV) n. Syn. buckle, pin, hook, catch; see fastener . v. 1. [To hold tightly] Syn. grasp … English dictionary for students
One Night Stand (Keri Hilson song) — One Night Stand Single by Keri Hilson featuring Chris Brown from the album No Boys Allowed … Wikipedia
clasp — I UK [klɑːsp] / US [klæsp] verb [transitive] Word forms clasp : present tense I/you/we/they clasp he/she/it clasps present participle clasping past tense clasped past participle clasped * 1) mainly literary to hold someone or something tightly… … English dictionary
clasp — clasp1 [ klæsp ] noun 1. ) count a metal object used to fasten a piece of jewelry, bag, belt, etc.: a black handbag with a brass clasp 2. ) singular MAINLY LITERARY a way of holding something tightly: GRIP: Peter took her hand in a firm clasp.… … Usage of the words and phrases in modern English
clasp — 1. A part of a removable partial denture that acts as a direct retainer and/or stabilizer for the denture by partially surrounding or contacting an abutment tooth. 2. A direct retainer of a removable partial denture, usually consisting of two… … Medical dictionary
clasp — [[t]klɑ͟ːsp, klæ̱sp[/t]] clasps, clasping, clasped 1) VERB If you clasp someone or something, you hold them tightly in your hands or arms. [V n] She clasped the children to her... [V ed] He paced the corridor, hands clasped behind his back. N… … English dictionary
Kusza Coat of Arms — Infobox PolishCoA herb=Kusza battlecry=NE CEDE ARDIUS (Yield Not Unto Difficulties) alternative=NIEZAPOMINAJKA (Forget Me Not) mention=More than 60 Golden Books families=Herb Wlasny (PERSONAL ARMS) SUBRITZKY (Polish spelling Kusza Zubrzycki)… … Wikipedia
To hug one's self — Hug Hug, v. t. 1. To press closely within the arms; to clasp to the bosom; to embrace. And huggen me in his arms. Shak. [1913 Webster] 2. To hold fast; to cling to; to cherish. [1913 Webster] We hug deformities if they bear our names. Glanvill.… … The Collaborative International Dictionary of English
fold — fold1 verb 1》 bend (something) over on itself so that one part of it covers another. ↘[often as adjective folding] be able to be folded into a flatter shape. ↘Geology cause (rock strata) to undergo bending or curvature. ↘Biochemistry… … English new terms dictionary